Tijdvakken/perioden | Hint | Kenmerkende aspecten | % Correct |
---|---|---|---|
3 | Het ontstaan van de eerste stedelijke gemeenschappen | 75%
| |
2 | Het ontstaan van landbouw en landbouwsamenlevingen | 75%
| |
Tot 3000 v.C. Tijd van jagers en boeren Prehistorie | 1 | De levenswijze van jager-verzamelaars | 63%
|
3000 v.C.-500 n.C. Tijd van Grieken en Romeinen Oudheid | 4 | De ontwikkeling van wetenschappelijk denken en het denken over burgerschap en politiek in de Griekse stadstaat | 38%
|
7 | De confrontatie tussen de Grieks-Romeinse cultuur en de Germaanse cultuur van Noordwest-Europa | 25%
| |
5 | De groei van het Romeinse imperium waardoor de Grieks-Romeinse cultuur zich in Europa verspreidde | 25%
| |
6 | De klassieke vormentaal van de Grieks-Romeinse cultuur | 25%
| |
8 | De ontwikkeling van het jodendom en het christendom als de eerste monotheïstische godsdiensten | 25%
| |
14 | De opkomst van de stedelijke burgerij en de toenemende zelfstandigheid van steden | 13%
| |
1000-1500 Tijd van steden en staten Hoge en late middeleeuwen Middeleeuwen | 13 | De opkomst van handel en ambacht legde de basis voor het herleven van een agrarisch-urbane samenleving | 13%
|
12 | De verspreiding van het christendom in geheel Europa | 13%
| |
10 | De vrijwel volledige vervanging in West-Europa van de agrarisch-urbane cultuur door een zelfvoorzienende agrarische cultuur, georganiseerd via hofstelsel en horigheid | 13%
| |
1900-1950 Tijd van de wereldoorlogen 1e helft 20e eeuw Moderne tijd | 37 | Het voeren van twee wereldoorlogen | 13%
|
15 | Het begin van staatsvorming en centralisatie | 13%
| |
16 | Het conflict in de christelijke wereld over de vraag of de wereldlijke dan wel de geestelijke macht het primaat behoorde te hebben | 13%
| |
500-1000 Tijd van monniken en ridders Vroege middeleeuwen Middeleeuwen | 9 | Het ontstaan en de verspreiding van de islam | 13%
|
11 | Het ontstaan van feodale verhoudingen in het bestuur | 13%
| |
24 | De bijzondere plaats in staatkundig opzicht en de bloei in economisch en cultureel opzicht van de Nederlandse Republiek | 0%
| |
38 | De crisis van het wereldkapitalisme | 0%
| |
1950-heden Tijd van televisie en computer 2e helft 20e eeuw Moderne tijd | 45 | De dekolonisatie maakte een eind aan de westerse hegemonie in de wereld | 0%
|
29 | De democratische revoluties in westerse landen met als gevolg discussies over grondwetten, grondrechten en staatsburgerschap | 0%
| |
44 | De Duitse bezetting van Nederland | 0%
| |
48 | De eenwording van Europa | 0%
| |
17 | De expansie van de christelijke wereld, onder andere in de vorm van de kruistochten | 0%
| |
19 | De hernieuwde oriëntatie op het erfgoed van de klassieke oudheid | 0%
| |
36 | De moderne vorm van imperialisme die verband hield met de industrialisatie | 0%
| |
49 | De ontwikkeling van pluriforme en multiculturele samenlevingen | 0%
| |
34 | De opkomst van emancipatiebewegingen | 0%
| |
32 | De opkomst van politiek-maatschappelijke stromingen: liberalisme, nationalisme, socialisme, confessionalisme en feminisme | 0%
| |
21 | De protestante reformatie had splitsing van de christelijke kerk in West-Europa tot gevolg | 0%
| |
40 | De rol van moderne propaganda- en communicatiemiddelen en vormen van massaorganisatie | 0%
| |
47 | De toenemende westerse welvaart die vanaf de jaren zestig van de 20e eeuw aanleiding gaf tot ingrijpende sociaal-culturele veranderingsprocessen | 0%
| |
46 | De verdeling van de wereld in twee ideologische blokken in de greep van een wapenwedloop en de daaruit voortvloeiende dreiging van een atoomoorlog | 0%
| |
26 | De wetenschappelijke revolutie | 0%
| |
35 | Discussies over de 'sociale kwestie' | 0%
| |
1800-1900 Tijd van burgers en stoommachines Industrialisatietijd 19e eeuw Moderne tijd | 31 | De industriële revolutie legde in de westerse wereld de basis voor een industriële samenleving | 0%
|
20 | Het begin van de Europese expansie overzee | 0%
| |
22 | Het conflict in de Nederlanden dat resulteerde in de stichting van een Nederlandse staat | 0%
| |
39 | Het in praktijk brengen van de totalitaire ideologieën communisme en fascisme/nationaalsocialisme | 0%
| |
25 | Het streven van vorsten naar absolute macht | 0%
| |
1500-1600 Tijd van ontdekkers en hervormers Renaissancetijd 16e eeuw Vroegmoderne tijd | 18 | Het veranderende mens- en wereldbeeld van de renaissance en het begin van een nieuwe wetenschappelijke belangstelling | 0%
|
43 | Racisme en discriminatie die leidden tot genocide, in het bijzonder op de joden | 0%
| |
1700-1800 Tijd van pruiken en revoluties Eeuw van de verlichting 18e eeuw Vroegmoderne tijd | 27 | Rationeel optimisme en 'verlicht denken' werd toegepast op alle terreinen van de samenleving: godsdienst, politiek, economie en sociale verhoudingen | 0%
|
30 | Uitbouw van de Europese overheersing, met name in de vorm van plantagekoloniën en de daarmee verbonden transatlantische slavenhandel, en de opkomst van het abolitionisme | 0%
| |
42 | Verwoestingen op niet eerder vertoonde schaal door massavernietigingswapens en de betrokkenheid van de burgerbevolking bij oorlogvoering | 0%
| |
28 | Voortbestaan van het ancien régime met pogingen om het vorstelijk bestuur op eigentijdse verlichte wijze vorm te geven (verlicht absolutisme) | 0%
| |
33 | Voortschrijdende democratisering, met deelname van steeds meer mannen en vrouwen aan het politieke proces | 0%
| |
41 | Vormen van verzet tegen het West-Europese imperialisme | 0%
| |
1600-1700 Tijd van regenten en vorsten Gouden Eeuw 17e eeuw Vroegmoderne tijd | 23 | Wereldwijde handelscontacten, handelskapitalisme en het begin van een wereldeconomie | 0%
|
Copyright H Brothers Inc., 2008–2024
Neem contact op | Ga naar Boven | Ga naar Mobiele Versie